In samenwerking met hoveniersbedrijf 't Hofland, BTL realisatie en de werkgroep Groen is een voorstel gemaakt om diverse proefoplossingen te gaan testen.
In de bestuursvergadering van 25 november 2015 is besloten om de voorgestelde proefoplossingen te gaan uitvoeren in Stadstuin. De verschillende opties die specifiek bomen betreffen worden op meerdere locaties toegepast om goed de effectiviteit te kunnen beoordelen.
De resultaten van de verschillende oplossingen zullen pas na langere tijd zichtbaar zijn, daarom is besloten om minimaal 1 jaar, maar waarschijnlijk 2 jaar de effectiviteit te monitoren. Pas daarna is het mogelijk goede conclusies te trekken over toepassing van een of meer van deze oplossingen op andere locaties in Stadstuin.
Hieronder staan de verschillende proefoplossingen beschreven inclusief de locaties waar deze toegepast zullen worden. Voor een totaaloverzicht, bekijk dan de kaart.
In de bestuursvergadering van 25 november 2015 is besloten om de voorgestelde proefoplossingen te gaan uitvoeren in Stadstuin. De verschillende opties die specifiek bomen betreffen worden op meerdere locaties toegepast om goed de effectiviteit te kunnen beoordelen.
De resultaten van de verschillende oplossingen zullen pas na langere tijd zichtbaar zijn, daarom is besloten om minimaal 1 jaar, maar waarschijnlijk 2 jaar de effectiviteit te monitoren. Pas daarna is het mogelijk goede conclusies te trekken over toepassing van een of meer van deze oplossingen op andere locaties in Stadstuin.
Hieronder staan de verschillende proefoplossingen beschreven inclusief de locaties waar deze toegepast zullen worden. Voor een totaaloverzicht, bekijk dan de kaart.
Optie 1 (Mulchen en Ploffen)
Hierbij wordt de grond rond 6 bomen eerst pneumatisch geploft (er wordt lucht in de grond geblazen met extra voedingsstoffen) en daarna worden de bomen voorzien van een boomspiegel, waarin een laag van 10 cm bodemafdekkend materiaal van uitgecomposteerd hout wordt aangebracht (Mulchen).
Hierbij wordt de grond rond 6 bomen eerst pneumatisch geploft (er wordt lucht in de grond geblazen met extra voedingsstoffen) en daarna worden de bomen voorzien van een boomspiegel, waarin een laag van 10 cm bodemafdekkend materiaal van uitgecomposteerd hout wordt aangebracht (Mulchen).
Optie 2 (Mulchen en Regenwormen)
Hierbij wordt mulchen toegepast in combinatie met het inbrengen van regenwormen in de boomspiegel. De regenwormen zorgen voor een betere structuur van de grond en dragen hierdoor bij aan de verbetering van de doorwortelbare ruimte en voor meer zuurstof in de grond. Het toepassen van regenwormen is een oplossing die langere tijd vergt voor resultaat zichtbaar is.
Hierbij wordt mulchen toegepast in combinatie met het inbrengen van regenwormen in de boomspiegel. De regenwormen zorgen voor een betere structuur van de grond en dragen hierdoor bij aan de verbetering van de doorwortelbare ruimte en voor meer zuurstof in de grond. Het toepassen van regenwormen is een oplossing die langere tijd vergt voor resultaat zichtbaar is.
Optie 3 (Mulchen, Ploffen en Regenwormen)
Hierbij worden bovenstaande 3 oplossingen gecombineerd.
Optie 4 (Ploffen en Regenwormen)
Hierbij worden na het pneumatisch ploffen van de bomen alleen regenwormen ingebracht in de grond.
Hierbij worden na het pneumatisch ploffen van de bomen alleen regenwormen ingebracht in de grond.
Optie Verticale drainage
Hierbij worden 12 gaten geboord met een diameter van 15 cm en een diepte van 3 meter. De gaten hebben een onderlinge afstand van 5 meter. De boorgaten worden gevuld met grofzand. De totale oppervlakte is ca. 4 are (400 m2). Door de toepassing van verticale drainage kan het hemelwater afgevoerd worden naar het grondwater dat zich ca. 3 meter onder het maaiveld bevindt.
Hierbij worden 12 gaten geboord met een diameter van 15 cm en een diepte van 3 meter. De gaten hebben een onderlinge afstand van 5 meter. De boorgaten worden gevuld met grofzand. De totale oppervlakte is ca. 4 are (400 m2). Door de toepassing van verticale drainage kan het hemelwater afgevoerd worden naar het grondwater dat zich ca. 3 meter onder het maaiveld bevindt.
Optie Vertidrain en Diepspitten
Hierbij wordt bij het diepspitten een plantvak gerooid, wordt de grond tot 80 cm diep doorgespit en voorzien van bodemverbetering (bomengranulaat) en daarna worden nieuwe planten neergezet.
Bij het vertidrainen wordt een stuk gazon (gras) bewerkt door met een machine gaten te prikken (ca. 15 cm diepte) en deze te vullen met dresszand. Dit zorgt voor een betere afvoer van water (bufferend vermogen) en brengt zuurstof in de grond.
Hierbij wordt bij het diepspitten een plantvak gerooid, wordt de grond tot 80 cm diep doorgespit en voorzien van bodemverbetering (bomengranulaat) en daarna worden nieuwe planten neergezet.
Bij het vertidrainen wordt een stuk gazon (gras) bewerkt door met een machine gaten te prikken (ca. 15 cm diepte) en deze te vullen met dresszand. Dit zorgt voor een betere afvoer van water (bufferend vermogen) en brengt zuurstof in de grond.
Planning van de werkzaamheden
De werkzaamheden zijn gepland in de weken 2 t/m 10 in 2016, met een uitloop tot week 13.
De planning is wel afhankelijk van de weersomstandigheden en zou kunnen wijzigen.
De werkzaamheden zijn gepland in de weken 2 t/m 10 in 2016, met een uitloop tot week 13.
De planning is wel afhankelijk van de weersomstandigheden en zou kunnen wijzigen.